Begroting 2020-2023

Onderhoud Kapitaalgoederen

Kwaliteit

Alle gemeentelijke kapitaalgoederen in de openbare ruimte worden beheerd en onderhouden conform het integrale beheerkwaliteitsplan dat in 2017 is geactualiseerd en vastgesteld. Binnen dit plan wordt de openbare ruimte onderverdeeld in drie kwaliteitsniveaus:

  1. Representatief en hoogwaardig; dit is een gemiddelde A-kwaliteit. Dit niveau geldt voor alle winkelgebieden binnen de gemeente, het stationsgebied Voorburg en het bestuurscentrum in Leidschendam.
  2. Verzorgd en duurzaam; dit is een gemiddelde B-kwaliteit. Dit niveau geldt voor alle woonwijken en bedrijventerreinen binnen de bebouwde kom.
  3. Functioneel en doelmatig; dit is een gemiddelde C-kwaliteit. Dit niveau geldt voor alle gebieden buiten de bebouwde kom.

Op het gebied van sportparken en de bijhorende inrichtingselementen worden de volgende kwaliteitsniveaus onderscheiden.

  • Goed: De kwaliteit van het element is  geschikt, functioneel en veilig voor gebruik. Veelal betreft het elementen die 1-3 jaar oud zijn. Met standaard regulier onderhoud blijft de kwaliteit nog jaren behouden.
  • Voldoende: De kwaliteit van het element is geschikt, functioneel en veilig voor gebruik. Met kleine onderhoudsmaatregelen (lichte reparaties) is de kwaliteit makkelijk te handhaven.
  • Matig: De kwaliteit van het element is geschikt, functioneel en veilig voor gebruik. Er zijn echter op korte termijn grote onderhoudsmaatregelen (vervangen van onderdelen) of renovaties noodzakelijk om de kwaliteit, functionaliteit en veiligheid te behouden. Hierna kan het element weer geruime tijd mee. Het element bevindt zich net voor de renovatiefase.
  • Onvoldoende: De kwaliteit van het element is ongeschikt, niet functioneel en/of onveilig voor gebruik. Het dient op zeer korte termijn vervangen of intensief gerenoveerd te worden om weer op een acceptabel kwaliteitsniveau te brengen.
  • Slecht: De kwaliteit van het element is ongeschikt, niet functioneel en onveilig voor gebruik. Het element kan niet meer als zodanig worden gebruikt en dient per ommegaande buiten gebruik te worden gesteld. Indien noodzakelijk, vervangen.

De gemeente hanteert als streefwaarde voor de te leveren kwaliteit op de sportparken minimaal een voldoende.

De conditiemeting van de gemeentelijke gebouwen is gebaseerd op het in Nederland algemeen erkende normenstelsel de NEN 2767. De meting van de staat van onderhoud conform de NEN 2767 kent een scoreverloop van 1 (zeer goed [splinternieuw]) tot 6 (zeer slecht [krot]).

  • Onderhoudsconditie 1 en 2: Dit kenmerkt zich door relatief korte vervangings- en onderhoudscycli. Onderdelen en elementen worden ruim voor het verstrijken van de technische levensduur vervangen. Uitvoeren van zeer regelmatig contract- of preventief onderhoud waardoor weinig tot geen klachten voorkomen.
  • Onderhoudsconditie 3: Dit kenmerkt zich door langere vervanging- en onderhoudscycli. Onderdelen en elementen worden omstreeks (net voor of net na) het verstrijken van de technische levensduur vervangen. Uitvoeren regelmatig contract- of preventief onderhoud waardoor relatief weinig tot beperkt aantal klachten kunnen voorkomen.
  • Onderhoudsconditie 4: Dit kenmerkt zich door lange vervangings- en onderhoudscycli. Onderdelen en elementen worden pas vervangen nadat deze technisch onherstelbaar kapot zijn. Uitvoeren regelmatig curatief onderhoud waardoor klachten kunnen worden voorkomen.
  • Onderhoudsconditie 5 en 6: Het verouderingsproces is onomkeerbaar en uitvoeren van onderhoud heeft nauwelijks tot geen effect. Een conditiescore van 3 is – naar de maatstaf van de meeste vastgoedportefeuillehouders of gebruikers – voldoende.


Het onderhoudsbeleid voor de gemeentelijk is grof geschetst als volgt ingericht:

  • Voor de gebouwen voor de huisvesting van de eigen organisatie met een publieke functie en schoolgebouwen wordt conditie 2 aangehouden. Dit houdt in een goede onderhoudstoestand afhankelijk van de ouderdom van het gebouw.
  • Voor de verhuurde panden en de sportgebouwen wordt conditie 2-3 aangehouden. Dat houdt in een goede tot redelijke onderhoudstoestand afhankelijk van de ouderdom van het gebouw.
ga terug