Begroting 2020-2023

Financiering

Risico-inventarisatie en -kwantificering

De risico’s voor de gemeente zijn:

    1. Renterisico op de vlottende schuld;
    2. Renterisico op de vaste schuld;
    3. Kredietrisico verstrekte geldleningen.

Ad. 1. Renterisico op de vlottende schuld

 
Kasgeldlimiet

De kasgeldlimiet is in de Wet FIDO opgenomen om de directe gevolgen van een snelle rentestijging te beperken. De kasgeldlimiet bepaalt dat de gemeenten hun financieringsbehoefte voor slechts een beperkt bedrag met kortgeld (looptijd ‹ 1 jaar) mogen financieren. Hierdoor worden de renterisico’s op korte termijn beperkt. De norm is in de wet gesteld op 8,5% van het begrotingstotaal aan lasten.
Voor het jaar 2020 bedraagt de kasgeldlimiet afgerond € 18 miljoen. Dit is de bovengrens van de toegestane omvang van de kortlopende schuld. Op basis van de verwachte marktrente wordt bij het aantrekken van een geldlening nu rente vergoed, terwijl het gebruikelijk is dat er dan rente wordt betaald. Leningen kunnen uitsluitend worden aangetrokken als onze financieringsbehoefte dat noodzakelijk maakt. Het is op grond van de Wet FIDO niet toegestaan om geld te lenen met als enig doel het maken van (rente) winst.

In 2020 zal de kasgeldlimiet optimaal worden benut vanuit de gedachte dat rente van kortlopende rente negatief is. De liquiditeitspositie in relatie tot de kasgeldlimiet in 2020 wordt in onderstaande tabel per kwartaal weergegeven.


Liquiditeitspositie 2020

1e kwartaal

2e kwartaal

3e kwartaal

4e kwartaal

Toegestane kasgeldlimiet

1. in procenten van de grondslag

8,5

8,5

8,5

8,5

2. in bedrag

18.091

18.091

18.091

18.091

Omvang vlottende korte schuld

3. Opgenomen gelden < 1 jaar

13.607

13.607

13.607

13.607

4. Schuld in rekening courant

-

-

-

-

5. Gestorte gelden door derden < 1 jaar

-

-

-

-

6. Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld

-

-

-

-

Omvang vlottende middelen

7. Contante gelden in kas

-

-

-

-

8. Tegoeden in rekening courant

1.000

1.000

1.000

1.000

9. Overige uitstaande gelden < 1 jaar

-

-

-

-

Toets kasgeldlimiet

10. Totaal netto vlottende schuld

12.607

12.607

12.607

12.607

11. Toegestane kasgeldlimiet

18.091

18.091

18.091

18.091

Bedragen x € 1.000

Onder een vlottende of korte schuld worden schuldtitels gerekend met een rente-typische looptijd korter dan één jaar. De belangrijkste vormen hiervan zijn (opgenomen) daggeld- en kasgeldleningen en rekening-courantkrediet. De gemiddelde korte schuld per kwartaal mag de kasgeldlimiet aan het einde van drie achtereenvolgende kwartalen niet overschrijden. Aan het einde van het derde kwartaal moet in zo’n geval de korte schuld omgezet worden in een vaste schuld. Beleidslijn van de treasuryfunctie is om bedragen tot de kasgeldlimiet te financieren met kort geld. Dit gebeurt omdat financiering met kortlopende geldleningen meestal goedkoper is dan met langlopende geldleningen. Op lange termijn is het renterisico op kortlopende geldleningen echter groter omdat de rente snel kan wijzigen. De rente op langlopende geldleningen wordt voor een vooraf bepaalde periode vastgezet, waardoor de gemeente voor een langere periode rekening kan houden met stabiele financieringslasten.

Ad. 2. Renterisico op de vaste schuld
Voor de financieringspositie is de renterisiconorm van belang. Het doel van de renterisiconorm is het beheersen van de renterisico’s op de vaste schuld. De norm geeft aan over welk maximaal bedrag per jaar renterisico gelopen mag worden. Dit betreft onder andere leningen waarvan de rente herzien gaat worden maar ook de herfinanciering van aflossingen. Door spreiding in de tijd van aflossingen en herzieningen wordt het renterisico verkleind. De renterisiconorm wordt berekend met een wettelijk vastgesteld percentage van het begrotingstotaal. Dit percentage is bepaald op 20 en betekent voor onze gemeente een renterisiconorm van € 42 miljoen.

 

Renterisico 2020 – 2023

2020

2021

2022

2023

1. Renteherziening op vaste schuld o/g

-

-

-

-

2. Aflossingen *)

42.000

31.000

17.000

15.000

3. Renterisico (1+2)

42.000

31.000

17.000

15.000

4. Renterisiconorm

42.566

42.566

42.566

42.566

5a. Ruimte onder renterisiconorm (4>3)

566

11.566

25.566

27.566

5b. Overschrijding renterisiconorm (3>4)

-

-

-

-

Berekening renterisiconorm

4a. Begrotingstotaal van 2020

212.832

4b. Percentage ministeriële regeling

20%

Renterisiconorm 2020 (4a x 4b)   

42.566

Bedragen x € 1.000

De huidige opgenomen leningen bieden de geldgevers geen mogelijkheid tot tussentijdse renteaanpassingen. Ook de aflossingen van in de toekomst nog aan te trekken langlopende geldleningen zijn verwerkt in bovenstaande tabel. Niet opgenomen is de aflossing op de renteloze financiering van de grondexploitatie Leidschendam-Centrum. Hier loopt de gemeente geen renterisico.

De gemeente heeft binnen de renterisiconorm op basis van de huidige beleidslijn nog mogelijkheden voor het aantrekken van langlopende geldleningen. De conclusie is dat onze gemeente een beperkt renterisico loopt in het kader van de langlopende financiering en binnen de wettelijke risiconorm blijft.

Ad. 3. Kredietrisico verstrekte geldleningen
Het kredietrisico op verstrekte geldleningen wordt omschreven als de mogelijkheid van een waardedaling van de vorderingspositie ten gevolge van het niet (tijdig) kunnen nakomen van de verplichtingen door de tegenpartij. In onderstaande tabel is een overzicht per risicogroep opgenomen.

Risicogroep

Hypothecaire zekerheid

1-1-2020

31-12-2020

1. Hypotheken aan personeel

ja

33

33

2. Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederland

gedeeltelijk

3.300

3.300

Bedragen x € 1.000


Toelichting

  1. De gemeente verstrekt geen nieuwe hypotheken meer aan personeel.
  2. Het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVN) zet op voordracht van de gemeente geldleningen uit in de sector volkshuisvesting. De gemeente heeft de opbrengst uit de verkoop aandelen Bouwfonds gebruikt voor de storting in het fonds als een geldlening. Een gedeelte van het gestorte bedrag is door SVN vastgelegd in verstrekte geldleningen aan derden tot een bedrag van circa € 1 miljoen. Er is een klein risico dat de verstrekte geldleningen niet worden terugbetaald. Daarnaast is een bedrag bij het SVN beschikbaar in de vorm van een rekening-courant met de gemeente tot een bedrag van € 2,3 miljoen.

Gezien de hoogte en de samenstelling van de portefeuille verstrekte geldleningen loopt de gemeente nauwelijks kredietrisico's.

ga terug